Het leven van een Weense hoer : door haarzelf verteld
Felix Salten In de laatste decennia van de 19de eeuw verschenen er in Wenen nogal wat herinneringen van kamermeisjes, divaâs, zangeressen, cocottes, die, populair in stijl en pornografisch van inhoud, een nog altijd onthullend kijkje geven op de onder de tafel en het pluche van de officiĂŤle geschiedenis verstopte sociale en morele werkelijkheid van het zeer roomse rijk der Habsburgers. Geen daarvan heeft echter zoân reputatie verworven als de herinneringen van Josefine Mutzenbacher, die in 1904 in een sanatorium bij Klagenfurt op tweeĂŤnvijftigjarige leeftijd overleed. Twee jaar na haar dood verscheen als privĂŠ-uitgave het eerste deel van haar levensgeschiedenis, een in smakelijk en zeer ongegeneerd plat-Weens gesteld verslag van haar ervaringen als prostituĂŠe. In het begin van de jaren dertig verscheen het vervolg: Mijn 365 minnaars. Kort na het verschijnen van het eerste deel van haar herinneringen verspreidde zich het hardnekkige gerucht dat niemand minder dan Felix Salten, de schepper van Bambi, de schrijver ervan was.
Josefine Mutzenbacher geeft zichzelf prijs in de meest spontane, opgeruimde en rancuneloze uitgelatenheid. Haar bekentenissen bieden een blik op een maatschappelijk landschap aan het begin van de 20ste eeuw, zoals de gewone bellettrie dat niet mocht beschrijven.
Genres:
EroticaFictionClassicsLiteratureGerman Literature
388 Pages